Hebban - Van Grote Drie naar ongeacht wie
Dossier, Hebban.nl

Van Grote Drie naar ongewacht wie?

Hebban - Van Grote Drie naar ongeacht wieHet nieuwe schooljaar is aangebroken: vroeg opstaan, een boekentas vol nieuwe schriften, pennen en… een literatuurlijst voor Nederlands, Engels en andere talen. Hoewel de leeslijst steeds meer wordt toegespitst op de individuele leerling, hanteren nog enkele scholen de verplichte boekenlijst. Een crime voor veel scholieren. Hoe staat het eigenlijk met het literatuuronderwijs in Nederland? Op welke manieren proberen docenten leesplezier te bevorderen? Welke landelijke initiatieven proberen literatuur te ‘verhippen’? En is lezen onder middelbare scholieren überhaupt ooit hip geweest? Hebban.nl gaat op onderzoek uit en vraagt docenten, auteurs, onderzoekers en literair-culturele organisaties naar de ins en outs van ‘lezen voor de lijst’. Vandaag deel 1: op school.

Deel 1: op school

Literatuuronderwijs: van Grote Drie naar ongeacht wie?   

De aanslag, De donkere kamer van Damokles en De avonden: tot voor kort waren de bekendste titels van De Grote Drie (Mulisch, Hermans en Reve) vaste prik op iedere leeslijst. Of je nu op de havo zat of het vwo, of je klassikaal las of thuis en of je überhaupt van lezen hield: het deed er niet zo veel toe. Vele jaren en onderzoeken later is de algemene opvatting dat de verplichte lijst averechts werkt voor de leesmotivatie van middelbare scholieren.

‘Belemmerend zijn de boekenlijsten die op school worden verstrekt, de moeilijke verkrijgbaarheid van een gewenst boek en de jaarlijkse aanschaf van een pakket boeken, zoals de Grote Lijsters’, concludeerde Theo Witte al in 2008, in zijn promotieonderzoek naar de literaire ontwikkeling van havo- en vwo-leerlingen in de tweede fase. Op basis van de resultaten van zijn onderzoek, ontwikkelde hij lezenvoordelijst.nl, de website waar zowel scholieren als docenten advies kunnen inwinnen over titels die geschikt zijn om voor school te lezen.

Witte concludeerde eveneens dat klassikaal lezen en de beruchte leesverslagen allesbehalve stimulerend zijn. De Vlaamse docente Joke Odeyn, die zowel Nederlands geeft als Engels aan het Koninklijk Atheneum De Ring in Leuven, probeert zoveel mogelijk variatie aan te brengen in de opdrachten die leerlingen moeten maken over boeken die ze hebben gelezen voor school. ‘Afhankelijk van het leerjaar, laat ik leerlingen een cover ontwerpen, een recensie schrijven of een correspondentie tussen personages schrijven’, zegt ze. ‘Het belangrijkste is dat ze over het boek hebben nagedacht en dat ze het boek op een andere manier verwerkt hebben dan er alleen een samenvatting van te maken.’

Of ze nu een klassiek leesverslag moeten maken of een trailer bij een boek, leerlingen willen bovenal beloond worden voor hun inzet. Dat concludeerde Nienke Smit, docente Nederlands aan De Meergronden in Almere, die onderzoek deed naar de manier waarop je jongens uit 4 havo aan het lezen kan krijgen. ‘Als er een cijfer gegeven moet worden, dan gaan deze jongens pas aan de slag’, zegt ze. ‘Hoewel het van alle middelbare scholieren de moeilijkste doelgroep is om aan het lezen te krijgen, lukt het wel degelijk. Zo probeer ik ervoor te zorgen dat opdrachten niet altijd hetzelfde zijn: de ene keer werken ze in groepjes aan iets creatiefs, dan weer alleen aan een verslag. Grappig is dat jongens toch ook de competitie opzoeken: ze vinden zichzelf heel stoer als ze een boek hebben gelezen dat eigenlijk voor een niveau hoger is.’

Leerlingen een handreiking bieden bij de keuze voor een boek, is echter het belangrijkste. ‘Een tijdje geleden besloot ik eens een thriller te lezen, een genre waar ik niet in thuis ben’, vertelt Smit. ‘Ik stond toen in de bibliotheek voor zo’n enorme wand, met allemaal titels van auteurs die ik niet kende. Zo voelen die leerlingen zich dus altijd, realiseerde ik me. Daarom is het belangrijk om de tijd te nemen om even met hen te praten: wat vindt deze leerling leuk in zijn vrije tijd en wat verwacht hij van een boek?’

Lees het hele artikel op Hebban.nl